het eten van een konijn
het konijn eet eigelijk het zelfde als de cavia maar konijnen hoefen geen vitamine c pilletjes
Konijnen zijn pure planteneters, ofwel herbivoren. Hun lange darmstelsel is gemaakt om grote hoeveelheden vezelig voedsel te verteren. Voedsel voor konijnen bestaat uit een verteerbaar en een onverteerbaar deel. Verteerbaar voedsel bevat alle nodige voedingsstoffen. Het gaat langzaam door het spijsverteringsstelsel zodat de voedingsstoffen kunnen worden opgenomen. Het andere deel bestaat uit grote hoeveelheden onverteerbare vezels, die zorgen voor een snelle darmbeweging. Eet een konijn te weinig vezels dan zal de darmwerking trager gaan, waardoor het verteerbare voedsel niet goed verteerd wordt en darmproblemen kunnen ontstaan. Voedsel met zoveel mogelijk vezels is dus het belangrijkste onderdeel van de dagelijkse voeding van een konijn.
Goede vezels worden geleverd door hooi, stro, takken en groenvoer zoals wilde planten en kruiden maar ook groenten. Fruit bevat ook vezels maar mag slechts zeer beperkt gegeven worden omdat het veel suiker bevat. Hooi is de belangrijkste vezelleverancier. Het is structuurrijk dus je konijn moet er intensief en lang op kauwen. Hierdoor slijten de kiezen, die bij een konijn altijd doorgroeien, goed af. Hooi bevat verder alle vitaminen en mineralen die een konijn nodig heeft. Een konijn dient daarom dag en nacht hooi tot zijn beschikking te hebben. Stro is ook een goede vezelleverancier maar bevat niet zoveel voedingsstoffen als hooi. Als een konijn erg veel stro eet, loopt hij het risico op verstoppingen. Stro kan daarom wel gegeten worden door een konijn maar het mag nooit het hooi vervangen